Activiteit 1 – Het begin van co-creatie: Ontwerpteam-vorming en -ontwikkeling

Het ontwikkelen van onderwijs is een complex proces en staat of valt met de kwaliteit en inzet van degenen die dit onderwijs gaan ontwerpen èn uitvoeren. Een zorgvuldige afweging wie met deze taak aan de slag gaan heeft invloed op zowel het ontwerpproces als de uitvoering van het onderwijs. Daarbij is het ook van belang om het team op alle benodigde punten te faciliteren, en tijd te besteden aan onderlinge kennismaking, zodat de teamleden hun taak vanuit onderling vertrouwen goed kunnen gaan uitvoeren.

In de formulering van onderstaande ontwerpprincipes ligt het initiatief voor het ontwerpen bij/ de nadruk op het onderwijs; maar het initiatief zou evengoed vanuit het werkveld kunnen komen.

Het ontwikkelen van onderwijs start vanuit een gemeenschappelijk doel waaraan gewerkt wordt. Om dit te bereiken werken leden met verschillende achtergronden samen in een ontwerpteam. Voor het ontwerpen van authentieke leeromgevingen is het belangrijk om niet alleen docenten in het ontwerpteam te hebben, maar ook werkveldpartners en collega’s uit de onderwijslogistiek. Het verdient voorkeur om mensen in het team te hebben die het onderwijs ook zullen gaan uitvoeren. 

Als je wilt dat studenten zich ontwikkelen tot zelfbewuste professionals met zelfsturende vaardigheden binnen authentieke leeromgevingen, dan is het belangrijk dat …

bij de start van het ontwerptraject zorgvuldig een ontwerpteam samenstelt passend bij de beoogde vernieuwing, bestaande uit capabele mensen die veranderbereid zijn en die geaccepteerd worden door hun betrokken collega’s 

  1. waarbij je een interdisciplinair team samenstelt, bestaande uit verschillende stakeholders: docenten, partners uit het werkveld, studenten, collega’s van de onderwijslogistiek  
  2. waarbij je rekening houdt met de opvattingen en veranderbereidheid van de betrokkenen 
  3. waarbij je er naar streeft dat de leden in het ontwerpteam representatief zijn voor de professionele cultuur en samenstelling van je huidige team (ervaren vs onervaren, sceptici vs enthousiastelingen, (informele) leiders vs volgers, verschillende rollen/taken/functies, etc.)  
  4. waarbij de personen in het ontwerpteam bij voorkeur ook degenen zijn die direct betrokken zullen zijn bij de uitvoering
  • omdat wanneer alle perspectieven tijdens het ontwerpproces vertegenwoordigd zijn, de kans groter is dat het onderwijs uitvoerbaar wordt. [1]
  • omdat in co-creatie met werkveldpartners het perspectief van buiten naar binnen kan worden gebracht, in ontwerp (zowel curriculum als authentieke leeromgeving] en uitvoering. [1] 
  • omdat het vroegtijdig betrekken van het onderwijslogistiekperspectief de kans op niet-haalbaarheid verkleint. Collega’s van de onderwijslogistiek kunnen ook beter ondersteunen wanneer zij de principes van de vernieuwing doorgronden. [1]
  • omdat de mate waarin docenten bereid zijn om te innoveren afhangt van hun individuele professionele opvattingen, en ze -afhankelijk van de mate van bereidheid- een andere benadering nodig hebben (Van Eekelen, 2005). [2]
  • omdat een representatieve groep ervoor kan zorgen dat alle belangen en perspectieven in het ontwerp behartigd kunnen worden, wat de kans op een evenwichtig ontwerp vergroot, evenals de kans op gevoeld eigenaarschap bij alle belanghebbenden. Een leidende coalitie is beter in staat om teamleden te enthousiasmeren en hun belangen te behartigen dan de formele leiding (Van der Loo et al., 2015). [3]
  • omdat de niet-ontwerpers zich dan ook gehoord kunnen voelen, waardoor het ‘not-invented-by-me syndroom verkleind kan worden. [3]
  • omdat dit uiteindelijk het ontwerpproces kan versnellen; eerste ervaringen kunnen direct worden teruggevoerd naar het (her)ontwerp. [4]
  •  

Dit ontwerpprincipe gaat over de kennismaking van de teamleden als essentiële stap in het teamvormingsproces. Daarbij is het waardevol om werkvormen te kiezen die ook kunnen worden gehanteerd voor kennismakingsactiviteiten met lerenden tijdens de onderwijsuitvoering, als een werkend voorbeeld.

Als je wilt dat studenten zich ontwikkelen tot zelfbewuste professionals met zelfsturende vaardigheden binnen authentieke leeromgevingen, dan is het belangrijk dat …

je expliciet tijd en aandacht besteedt aan het (nader) kennismaken tussen teamleden, analoog aan hoe er met lerenden gewerkt gaat worden 

  1. waarbij er aandacht is voor elkaars opvattingen, wensen, idealen, belangen
  2. waarbij er wordt geïnvesteerd in wederzijds vertrouwen en respect 
  3. waarbij wordt geïnvesteerd in een feedbackcultuur 
  4. waarbij aandacht is voor gelijkwaardig samenwerken 
  • omdat onderling vertrouwen en elkaar ‘kennen’ voorwaardelijk is voor goede samenwerking. [1, 2, 3]
  • omdat voor het goed functioneren van het ontwerpteam een goede feedbackcultuur essentieel is. Om tot onderwijsvernieuwing te kunnen komen is een oplossingsgerichte houding essentieel, waarbij fouten gemaakt kunnen worden. Elkaar hier zonder veroordeling op kunnen aanspreken en daar samen van leren is noodzakelijk. [2, 3]
  • omdat bij een gelijkwaardige samenwerking de individuele perspectieven worden samengebracht, gewogen, en doorvertaald naar het gezamenlijke ontwerp, wat de kwaliteit van het ontwerp rijker en beter maakt. [4]

In dit ontwerpprincipe wordt dieper ingegaan op wat er aan processen nodig is om een team goed te kunnen laten starten; welke afspraken relevant zijn om te maken. Daarbij gaat het om zowel de verschillende rollen van de ontwerpers, alsook expliciet om de rol van de begeleider van het ontwerpteam.

Als je wilt dat studenten zich ontwikkelen tot zelfbewuste professionals met zelfsturende vaardigheden binnen authentieke leeromgevingen, dan is het belangrijk dat …

je het ontwerpteam kaders meegeeft, maar ook ruimte laat voor eigen keuzes v.w.b. het curriculum (inhoudelijk en didactisch), de organisatie en randvoorwaardelijke zaken, zoals tijd en ruimtes

  1. waarbij de verschillende rollen en verantwoordelijkheden van de teamleden, inclusief de besluitvorming worden geëxpliciteerd en geformaliseerd: a. tussen ontwerpteam en formele functies binnen de onderwijssetting (bv. examencommissie/curriculumcommissie/ opleidingscommissie formele leidinggevende) b. tussen opleiding en werkveld (bv. wie wordt eigenaar van de ontworpen producten, welke middelen worden al dan niet ingebracht) 
  2. waarbij afspraken worden gemaakt over de rol van de ondersteuner van het ontwerpteam (bv. procesbegeleider, inhoudelijk begeleider, co-designer) 
  3. waarbij afspraken worden gemaakt hoe te communiceren met andere stakeholders tijdens het gehele proces, en hoe iedereen betrokken te houden 
  4. waarbij je gezamenlijk een planning opstelt en bepaalt wanneer welke deliverables worden opgeleverd  
  • omdat curriculaire (ontwerp)ruimte positief bijdraagt aan de slaagkans van een ontwerp (Nieveen et al., 2010).
  • omdat het eigenaarschap komt te liggen bij de ontwerpers en (beoogde) uitvoerders van de authentieke leeromgeving, wat een positieve werking heeft op hun bijdrage in het vormgeven ervan (Elizondo-Motemayor et al., 2008; Kirk & MacDonald, 2001). [1]
  • omdat duidelijke afspraken er voor zorgen dat iedereen weet wat er van hem/haar en de anderen verwacht wordt. Dit voorkomt gedoe later in het proces. [1]
  • zodat de beoogde invulling van de rol duidelijk is voor alle ontwerpers. [1]
  • zodat bepaald kan worden of er een match is tussen ondersteuner en ontwikkelaars qua aanpak, waardoor ook het enthousiasme en de eigenheid van de ondersteuner behouden kan blijven. [2]
  • omdat communicatie over genomen beslissingen en gezette stappen bijdragen aan het creëren van draagvlak voor en input over de vernieuwing. [3]
  • omdat het vooraf uitdenken van het proces en op te leveren deliverables de kans op vertraging verkleint. [4]

Authentiek Vraagstuk

Een authentiek vraagstuk brengt verschillende partijen en disciplines bij elkaar. Deze partijen werken samen aan een vraagstuk dat plaatsvindt op de grens van onderwijs en de beroepspraktijk. Dit kunnen vraagstukken zijn die monodisciplinair worden aangevlogen, maar een interdisciplinaire benadering is bij complexe vraagstukken regelmatig van meerwaarde. De vraagstukken betreffen belangrijke maatschappelijke vragen die realistisch, betekenisvol, uitdagend, open en bekend zijn voor zowel het werkveld als het onderwijs…

Wanneer vraagstukken realistisch zijn zullen deelnemers zich hierbij meer betrokken voelen. Voor studenten in het bijzonder kan het vraagstuk als realistisch gezien worden wanneer de toegevoegde waarde voor hun (professionele) toekomst benadrukt wordt. 
Vraagstukken zijn betekenisvol als het resultaat maatschappelijke impact heeft en de deelnemers daar een relevante bijdrage aan kunnen leveren. Open houdt in dat vraagstukken niet op voorhand een vaste uitkomst hebben. Vraagstukken hebben een mate van bekendheid wanneer de deelnemers eigen expertise kunnen gebruiken voor het komen tot een oplossing. Om te zorgen dat vraagstukken uitdagend zijn voor de deelnemers waardoor zij gemotiveerd zijn om aan het vraagstuk te werken, is het van belang dat deelnemers ervaren dat er resultaat geboekt kan worden. Daarbij is het belangrijk een keuze te maken voor de mate van complexiteit van het vraagstuk, rekening houdend met de verschillende partijen. Ook is het belangrijk stil te staan bij de mate van zelfstandigheid die van de partijen gevraagd wordt. In een authentiek vraagstuk bepalen lerenden gezamenlijk de doelen, de kaders en de aanpak. 

"Het meest waardevolle is dat studenten aan opdrachten uit de praktijk werken, dat ze proeven 'Dit is wat ik later zou kunnen', dat we daar heel open in zijn. (...) Daardoor gaan ze harder lopen, stoppen ze er meer tijd in en gaan ze beter leren"

Richtinggevende vragen voor visievorming: